Ik ben behept met een bipolaire kermis die zich sinds jaar en dag in mijn hoofd afspeelt. De achtbaan, het spookhuis en de draaimolen lijken altijd wel ergens in mijn brein te rouleren, vaag op de achtergrond of in het ergste geval als één grote, malende attractie.
Soms komt de carrousel krakend en piepend tot leven, soms maak ik een ritje bliksemflits. Soms biedt één Seroquelletje extra uitkomst, soms werkt een hele
sloot vol Quellen nog niet.
Ik tracht zoveel mogelijk langs de draaideuren van mijn geest te laveren en dat betekent dat mijn leven is gevuld met heel veel dingen waarvan ik houd, in
een gematigdheid die ik haat. Te veel, te weinig, te vaak, te leuk, te saai, te… etc, etc… ‘Te’ heeft alles met overdrijven te maken, wat voor mij helaas een direct gevaar kan
vormen.
En toch… als ik daadwerkelijk zou kunnen leven zou ik misschien niet zo vaak dood willen. In werkelijkheid, hoe subjectief, kan ik me niets meer wensen,
inclusief de hele santenkraam.
Ik heb een huis, een vriend, lieve familie, een handvol goede vrienden, een smart-tv én een smartphone, een computer, veel boeken, een kat, een
oppashond, godzijdank geen Facebook (daarom heb ik zo weinig vrienden), maar wel een website die niemand kent en last but not least: Ik maak deel uit van een fijne, inspirerende
schrijfgroep.
Oké, ik heb ook veel verliezen geleden. Gelukkig passen die niet meer in deze column. Laat ik het deze keer leuk houden. Ik heb tenslotte net een zonvakantie
op Gran Canaria achter de rug.
Soms, heel soms, is het leven immers net een poffertjeskraam: warm en zoet.
Yasmijn.
Reactie schrijven